Aanleg graszoden
De grondbewerking vóór het leggen van de graszoden
Om storende, verdichtende lagen te verwijderen, spit u de grond 30 tot 50 cm diep om. Daarna de grond laten bezakken of aanlopen. De toplaag moet nu goed geëgaliseerd en aangedrukt worden. Er mogen beslist géén snelwerkende meststoffen in de toplaag toegepast worden!
Indien de grond erg is uitgedroogd, is het raadzaam kort voor het leggen van de graszoden de grond goed nat te maken en de bovenlaag licht los te harken.
Het leggen van de graszoden
Rol de graszoden zo dicht mogelijk tegen elkaar uit. Vul de naden tussen de zoden op met de aanwezige grond of potgrond. Om kleine oneffenheden weg te werken, kunt u de zoden na het leggen met een rol licht aanrollen.
Geef bij droogte, de graszoden de eerste weken voldoende water. Dit kunt u het beste 's morgens en 's avonds doen, maar niet 's zomers overdag wanneer de zon volop schijnt.
Advies: elke 2 dagen 10 tot 20 mm water.
De verzorging gedurende de eerste weken na het leggen
Na ongeveer 7 dagen, of eerder, afhankelijk van de groei, kunt u beginnen met het maaien.
Maai vooral de eerste weken niet te kort (4 à 5 cm maaihoogte). Daarna kunt u geleidelijk teruggaan tot een maaihoogte van ca. 2,5 cm.
Gedurende de zomer niet te kort maaien om uitdroging tegen te gaan (ons advies is dan ca. 4 cm hoog), en geef regelmatig water.
Zorg dat uw maaimachine scherp en goed is afgesteld.
Bemest uw gras regelmatig. Tip: gebruik Gazon Az van Ecostyle, lees op de verpakking (of vraag bij ons op het tuincentrum) naar de juiste bemestingswijze.